Ik ben bezig met mijn workshop 'dierenmanieren' workshop dierenmanieren. Jasper vraagt wat ik aan het doen ben. Ik leg uit wat de workshop precies inhoudt. Dat je een dier maakt wat bestaat uit verschillende kwaliteiten van verschillende dieren die jij al hebt of waar je graag wat meer van zou willen hebben. Uiteindelijk ontstaat er dan bijvoorbeeld een vogelkrokotijger, ik noem maar wat. Tja, zegt Jasper wie wíl dat nou zo'n combinatiedier dat is toch helemaal niet handig?
Ik ben lichtelijk verbaasd. Dit kind verkondigde op drie jarige leeftijd dat hij later, als hij groot was, een sabeltandtijger zou worden en voegde daar al snel een paar vleugels aan toe omdat dat sneller ging.
Ook toen hij begreep dat hij later 'een mens' zou gaan worden fantaseerde hij er lustig op los en kregen we regelmatig tekeningen te zien van beesten met tijgerklauwen, havikvleugels en leeuwenkoppen.
Ja, zegt mijn grote kind dat is wel zo, maar ik weet dat het niet kan en 'die kleintjes' (groep 8 waar hij zelf vorig jaar nog zat) weten dat misschien wel niet en dan hopen ze misschien dat het echt gebeurt.
Ach, opeens hoor ik de teleurstelling. Met het groter worden is ook bij hem echt het besef doorgedrongen dat hij nooit een vliegende sabeltandtijger-leeuw-havik zal gaan worden. Hij zal het moeten doen met zijn eigen (fantastische) lichaam voor de rest van zijn leven. Volwassen worden; niks aan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten