zaterdag 26 april 2014

De vis die kon zwemmen.

Ken je de vis die kon zwemmen? Hij zwom al vanaf zijn geboorte en vond het erg leuk om te doen. Hij kon allerlei trucjes en was sneller dan al zijn vriendjes. Toen de vis naar school ging veranderde er iets: De school vond dat de vis pas zijn diploma kon halen als hij in bomen kon klimmen.

De vis oefende en oefende maar het lukte hem niet of een heel klein beetje. Er werd erg veel hulp ingeschakeld en zijn ouders maakten zich erge zorgen. Vis ging tijdens zwemles op bijles voor het klimmen en ook na school moest hij uren oefenen met klimmen. Het gevolg was dat hij zijn handigheid met zwemmen kwijtraakte omdat hij het niet vaak genoeg meer deed. Trucjes die hij eerst moeiteloos deed lukten niet meer en vis verloor het plezier in zwemmen. Vis werd ongelukkig maar voldeed graag aan de norm en deed dus erg zijn best. Uiteindelijk haalde hij zijn diploma met een mager zesje en had voor altijd het idee dat hij niets kon.

Het plaatje, dit filmpje en het verhaaltje komen je vast heel bekend voor.

Als lid van het ouderplatform gooi en omstreken hebben we het het laatste jaar erg druk met het bijwonen van verschillende overleggen over passend onderwijs en de transitie van de (jeugd) zorg. Daar blijkt telkens weer dat iedereen van goede wil is maar dat het vreselijk lastig is om je te richten op het ontwikkelen van alle verschillende talenten van alle verschillende kinderen in plaats van op het fabriceren van eenheidsworst.

Het verleden heeft bewezen dat wanneer je je richt op het maken van eenheidsworst je sneller over problemen spreekt. Wie niet past is namelijk een probleem. 

Natuurlijk is het goed om te constateren dat iets niet goed gaat. Het zou onterecht zijn om alle kinderen te laten geloven dat je alles kunt wat je maar wil. De een is nou eenmaal een goede zwemmer en de ander een goede klimmer. En soms heb je hulp nodig bij datgene wat je lastig vindt. Om hulp vragen mag natuurlijk altijd.

Dat vragen is de afgelopen jaren helaas steeds lastiger geworden. Het lijkt er op alsof je pas om hulp mag vragen als er ‘iets’ is. Een probleem dus want anders is het niet serieus genoeg en kan er geen geld aan worden besteed. Wat ik hoop is dat met de invoering van passend onderwijs en de transitie van de jeugdzorg juist dat vragen weer terug komt. Als je als ouders of als kind tijdig om hulp durft te vragen en je wordt tijdig geholpen dan zullen er minder, of minder grote, problemen ontstaan.

Als je uitgaat van ieders kwaliteiten kun je kinderen zo vroeg mogelijk naar die plek begeleiden waar het het best tot zijn recht zal komen. Vaak zullen de kinderen die iets lastig vinden maar vooral aangesproken worden op alles waar ze wel goed in zijn zo veel zelfvertrouwen ontwikkelen en rust ervaren dat ze het ook aandurven om datgene wat ze lastig vinden er bij te leren. Het resultaat zou kunnen zijn dat ze dan zelfs verder te komen dan wanneer er alleen maar aandacht is besteed aan het benadrukken van het feit dat ze iets niet kunnen.

Zo ontwikkel je vissen die met veel plezier zwemmen en vol zelfvertrouwen misschien ook dat klimmen nog wel oppakken.


woensdag 26 maart 2014

Waarom oplossingsgericht werken zo leuk is.

Op 12 maart was ik op een symposium waar Ben Furman en Dick J. van Dijk de sprekers waren. Beiden richten zich in hun werk volledig op het oplossingsgericht werken.

Als kindercoach werk ik ook oplossingsgericht en als je zo eens om je heen luistert lijkt het alsof er door heel veel mensen vooral heel oplossingsgericht wordt gedacht. Met de komst van het Passend Onderwijs zal het oplossingsgericht denken ook weer heel belangrijk worden.

Gisteravond organiseerden wij, als OuderplatformGooi & Omstreken een thema avond over Passend Onderwijs en wat denk je; er werd veel gesproken over oplossingsgericht en vraaggericht denken en werken. Je geeft antwoord op de vraag van het kind en kijkt daarbij naar wat er kán.

Als je oplossingsgericht werken wil uitleggen kom je  uit op dingen als; je kijkt naar wat er goed gaat, het geeft vaak snel resultaat en het is heel positief. Maar wat mij betreft dekte dat de lading toch niet helemaal. Ik was op zoek naar wat nou werkelijk de verandering brengt en heb goed gekeken en geluisterd de laatste tijd en wil mijn bevindingen graag met jullie delen:

Ouders komen bij mij omdat ze zich zorgen maken. Aan de telefoon of via de mail krijg ik een beschrijving van de zorgen en deze gaan, begrijpelijk, vooral over alles wat er niet goed gaat.

Bij de intake gaan we inderdaad inventariseren wat er niet goed gaat en wanneer dat dan is. De kinderen en de ouders zien er zorgelijk uit, hebben de schouders wat lager en richten zich op het probleem. Al een lange tijd richten zij zich vooral op alles wat niet goed gaat. Veel van het gedrag van hun kind bevestigt dat ook. Ouders hebben er geen vertrouwen in denken dat kan hij niet of hij zal wel weer een woedeaanval krijgen. En het kind denkt; iedereen denkt dat ik het niet kan dus misschien kan ik het wel niet. Het wordt onzeker en kan het inderdaad niet.

En dan gaan we kijken naar wat er wel goed gaat. Ouders kijken me verbaasd aan. Vaak wordt er wat geaarzeld maar dan merk je dat ouders weer recht op gaan zitten, ze kijken hun kind aan en glimlachen. Het kind gaat met zijn benen wiebelen, ze kijken me recht en nieuwsgierig aan: deze mevrouw gaat me niet óók vertellen wat ik allemaal niet kan. Dat kan nog wel eens interessant worden. 

En dat is eigenlijk het mooiste van oplossingsgericht werken; ouders en kinderen worden er aan herinnerd dat er nog zo veel meer is dat wél goed gaat, dat hun kind óók heel lief, grappig en creatief kan zijn bijvoorbeeld. Kinderen bedenken zich dat ze hebben leren lopen, met mes en vork eten, fietsen en dat ze bijvoorbeeld heel goed zijn in het helpen van anderen. Allemaal dingen die ze wél kunnen.

Die positieve blik en het niet langer kijken naar “de bomen die in de weg staan maar naar de ruimte er tussen” is wat mij betreft waar het echt om gaat en waar ik zo blij van wordt als het gaat om oplossingsgericht werken. Ik hoop het nog lang te kunnen doen!



maandag 6 januari 2014

Children on the internet; scary or something to "like"?

I found this quote in one of my favorite weblogs; 4 kids, 20 suitcases and a beagle

…..It reminded me of a story a girlfriend told me about her teenage daughters having an argument over a shared photo on Facebook.
“I posted my photo and you didn’t like it” One announced to the other at the dinner table.
“But I do like it?”
“Yes but you haven’t like liked it”…..

At my house we have discussions about topics like:
What do you share with whom and how many likes are you supposed to give.
When is a like enough or should you give a comment
Can you give too many comments...

But we also have discussions like this:
… Me: shouldn't you be doing your homework?
Child: Yes but I am waiting for X to give me his stuff.
Me: OK did you ask him already?
Child: Yes several times but he is not online and now I am waiting for two hours already.
Me: ??? Why don't you call him?
Child:  Call?? MUM!! That is just impossible. Nobody answers his phone.

Parents ask me questions about:
How many hours behind ‘a screen’ are normal
How can I prevent my child from posting pictures that are not appropriate
What is Internet- or Cyber- bullying and how can I protect my child
What are normal internet-rules

The world has changed. Besides our world that we as parents knew and felt confident with exists another world. The world of internet. Although this other world is very much interwoven with our old one it is quite different. And although most of us are very well able to find our way trough facebook, twitter, snapchat and instagram we will never be as familiar with it as our children will be. The internetworld is the world of our children. They are growing up with it and it is our job to help them finding their way. But because we don’t feel completely familiar with it we are insecure.

Basically raising your child with internet is not very different from raising them without it. All the values you feel are important still apply for your child on internet.
·               If you teach your children never to talk to strangers they will have to ask you if
          they can become ‘friends’ with people they don’t know.
·               If you teach your child never to leave the door unlocked or give his key to
          strangers he is not allowed to give passwords to people he doesn’t know.
·               If your child is not allowed to drink alcohol before his 18th birthday he is not
          allowed to play games for ages 14, 16 or 18 when he is 10.
·               If the rule is a maximum of three hours screen time than all screens will have to be
          switched off after three hours. If this doesn’t work shutting down WiFi will help.
·               For teens it can be helpful to see how much time multitasking will ‘cost’ them.
          Every ‘bleep’ from a comment or message will cost them 10 minutes.

Make your child aware of the dangers. Let him imagine himself standing in the middle of a football stadium. Does he really want all those people (and more) to see him like that for the rest of his life?

Your children will know all the possibilities of photoshopping. Tell them others can do that to their photo’s too. Discuss which photo’s you are going to put on Facebook and which ones not and why. Listen to your child’s thoughts about this. You will learn a lot from how he is thinking about the internet. On the other hand respect your children’s feelings. Some teens will not be very happy when you put a baby photo on Facebook.   

The key words seem to be; normal house rules apply. Parents stand beside your children and be really interested in their world. If you don’t know things just ask them, play games with your child, download apps they use and play with them to see how they work. Ask your children without judging them all you want to know and they will explain to you what you don’t understand. Show your children that you trust them and that you will expect them to behave on the internet like in real life (like you have learnt them).


If all the normal things don’t work; set rules. If they don’t work; set stricter rules and be very clear about the consequences (some children just need that). Be sure you will be able to execute these consequences, even for a longer period of time. If that doesn’t work: ask for advice from a professional.


Digi Kinderen

De meeste ouders hebben een haat-liefde verhouding met alles wat elektronisch is. Inmiddels is al het elektronische gedoe niet meer weg te denken uit onze maatschappij en ook wij volwassenen twitteren en facebooken enthousiast.

Je kunt er dus niet meer omheen. Laptops, I-pad, I-pods, I-phones, minecraft, GTA. Het is in ons leven aanwezig. Die digitale wereld brengt onze kinderen veel goeds. Het niet halen van een level kan heel frustrerend zijn. Je kind leert om te gaan met die frustratie. Omdat de gemiddelde ouder digitaal en game-technisch ver achterloopt op de kinderen kun je niet helpen. Ze moeten dit dus op eigen kracht doen. Als het lukt zijn ze enorm trots. Dit kan je kind ook toepassen in het gewone leven.

Kinderen worden uitgedaagd om creatief te zijn in hun oplossingen maar soms ook in het maken van dingen. Ik heb ooit een moeder vertederd horen vertellen dat haar zoontje zijn knuffel zelf (!) had nagemaakt in minecraft.

Ook sociaal emotioneel kan het sommige kinderen enorm helpen. Een verlegen kind kan op internet toch meedoen met chatten of dingen ‘liken’. Soms helpt hem net over een drempel heen om ook in het gewone leven gemakkelijker op anderen af te stappen.

Het gevaar zit hem er in dat de digitale wereld weliswaar heel erg lijkt op de gewone wereld maar op belangrijke punten wel echt anders is. Om kinderen weerbaar te maken in deze digitale maatschappij is het daarom verstandig om ze van jongs af aan op te voeden in het omgaan met deze apparaten, sites en spelletjes. Want net zo als voor alcohol, roken en uitgaan geldt dat kinderen eerst van ons moeten leren wat ze wel en wat ze beter niet kunnen doen om ze vervolgens stapje voor stapje los te laten in een wereld die we een beetje wel maar ook een heleboel niet kennen.

In principe gelden in je digitale opvoeding dezelfde regels als in je normale opvoeding. Leer je je kinderen dat ze niet met vreemde mensen mee mogen zonder het eerst aan jou gevraagd te hebben? Leer ze dan dat ze pas ‘vrienden’ met iemand mogen worden op Hyves, minecraft, Facebook of Twitter als ze het  eerst aan jou hebben gevraagd. Leg ze ook uit waarom het internet nog wat ingewikkelder is dan de echte wereld: Omdat je de mensen niet kan zien kunnen ze zich voordoen als iedereen die ze willen en dat kan gevaarlijk zijn.

Net als dat je in het echte leven aan niemand zomaar je huissleutel geeft geef je in het digitale leven aan niemand zomaar je gegevens. En net zo als schelden in het normale leven wél pijn doet doet schelden op internet ook pijn. En misschien nog wel meer omdat het soms door veel meer mensen gelezen kan worden en nooit meer weggaat.

Laat je kind zichzelf eens voorstellen dat ze midden in een voetbalstadion staan en dat al die mensen tegelijk jou zullen zien zoals je nu op die foto staat die je wil gaan twitteren. Wil je dat?

Wees als ouders alert op leeftijdsgrenzen. Als je ze niet laat drinken voor hun 16e waarom zou je ze dan wel digitaal mensen laten vermoorden op hun 10e? De grenzen zijn er niet voor niks en als je twijfelt speel het spel dan gewoon eens een keertje zelf. Het is sowieso verstandig om regelmatig mee te kijken (of te spelen) met je kinderen. Laat je uitleggen wat ze doen en wat er gebeurt.

Houd je aan je normale huisregels. Als er niet wordt gelezen aan tafel dan wordt er ook niet gegamed, gewhats-appt of getwitterd aan tafel. Als er twee uur schermtijd is dan gaat na twee uur ook alles uit (ook voor de ouders!).

Maak je je toch nog zorgen?
Bedenk je dan het volgende: Luisteren je kinderen naar jouw regels? Vertellen ze gewoon wat ze allemaal meemaken op internet en zijn ze in staat om, eventueel met enig tegengesputter, op te houden met spelen als de tijd voorbij is? Dan kunnen jouw kinderen prima omgaan met al het digitaals wat ze omgeeft.

Heb je wel het idee dat er dingen achter je rug om gebeuren? Of dat je kinderen dingen doen die je echt niet had afgesproken? Worden ze heel erg boos als de schermtijd voorbij is? Klikken ze continue de schermen weg als jij binnenkomt? Dan is het tijd voor een goed gesprek en harde afspraken. Als ook dit niet helpt is het nooit te vroeg om professionele hulp in te schakelen.


Heb je vragen over het (digitaal) opvoeden van je kinderen? Maak je je zorgen over jouw kind? Of wil je eens een lezing organiseren over dit onderwerp? Kijk op kindercoachcindy voor opvoedcoaching, kindercoaching en lezingen. 

Dit artikel is ook verschenen op de website van kidsproof.

zondag 20 oktober 2013

Ouders: geef je kind wortels én vleugels!



Ja, het klopt: waar ik ook ga, ik neem, net als alle andere ouders, mijn kinderen met me mee. Er wordt niet voor niks gezegd dat kinderen vanaf de geboorte voorgoed een plekje innemen in je hart.

Deze keer ben ik niet zelf weggegaan. Jasper is een weekje met vrienden mee naar Spanje en sinds ik hem heb uitgezwaaid op het perron zit een stuk van mijn hart in die trein, op Schiphol, in het vliegtuig en nu ergens in Spanje.

Alle dingen die goed gaan met je kind doen jouw hart zwellen van trots, geluk en liefde voor jouw fantastische kind. Alle dingen die minder goed gaan doen je hart samen knijpen of het geeft je een naar gevoel in je buik. Als ouders over hun kind vertellen wanneer het niet lekker gaat met dat kind zie je moeders vaak een hand leggen op hun buik of op hun hart. Daar voelen ze wat er niet lekker gaat.

De belangrijkste taak die je als ouder hebt is het geven van wortels én vleugels aan je kind. Je kind laten wortelen doe je onder andere door ze te laten weten dat je onvoorwaardelijk van ze houdt wat er ook gebeurt.

Je kind vleugels geven is vaak veel lastiger dan je in eerste instantie denkt. Toen ik mijzelf ooit terugvond op de wc met een baby van 9 maanden met zijn knuffel, een peuter van 2 met een drinkbeker en 2 knorrende katten dacht ik; hoe kan ik er voor zorgen dat iedereen hier in huis zo snel mogelijk op eigen benen leert staan.

Maar telkens als mijn kinderen zelf iets ondernemen protesteert mijn hart. Als ik mijn 14-jarige zoon op het perron ternauwernood een zoen mag geven denk ik ja, hij is 14! Hij moet weg kunnen van huis wanneer hij dat wil en gewoon een lekkere week hebben. Als hij thuis is doet hij tenslotte ook zijn eigen 'ding' en dat hoort bij een gezonde ontwikkeling. Mijn hart roept ondertussen; neem hem mee naar huis, maak een lekker kopje thee en ga samen kastelen bouwen met de lego zoals vroeger!

Lastig is het. En het onderwerp 'loslaten' komt altijd wel ter sprake als het over opvoeden gaat.

Ondertussen zijn we met het Ouderplatform Gooi en Omstreken druk bezig met de voorbereiding van onze thema avond over het gevoelige kind. Centraal daarin staat ook wat wij graag alle ouders, kinderen en de zorg rondom een kind willen meegeven. Elk kind zal zijn eigen weg moeten gaan vinden in dit leven. Wat wij als ouders en verzorgers van die kinderen als belangrijkste taak hebben is zorgen dat de kinderen leren te vertrouwen op zichzelf en op alles wat ze kunnen.

Wat veel ouders doen is hun kind omringen met liefde. Dat klinkt prachtig en is goed voor het ontwikkelen van sterke wortels. Als ouders het echter lastig vinden om het kind op tijd zijn eigen pad te laten ontdekken werkt deze liefde niet altijd even gezond en helpend voor de ontwikkeling van het kind uit. Vooral als er 'iets' is met kinderen (dat kan van alles zijn) zijn ouders geneigd hun kind te verzorgen en er voor te zorgen dat ze 'nergens last' van hebben. Het vervelende is; als jij als ouder alles al voor je kind gladstrijkt leert je kind niet waar zijn eigen kracht en zijn grenzen liggen. En dat is nu juist heel belangrijk is om te leren!

Als je dat niet doet wikkel je je kind eigenlijk in in een verstikkende deken van liefde. Ouders zeggen tegen hun kind: "dat kan jij niet want je hebt...." Het kind raakt er steeds meer van overtuigd dat hij vooral heel veel niet kan en vergeet zijn vleugels te laten groeien met alle dingen die het wel kan.
In het ene geval gaat het kind zich verzetten en zijn ruimte opeisen. Deze kinderen worden boos of gaan in de weerstand. Vaak komen ze dan bij mij terecht.

Het kan heel verhelderend zijn als in een gesprek met de ouders en het kind blijkt dat de ouders in al hun zorg vergeten zijn te vragen wat het kind wil. Als het kind bijvoorbeeld kan zeggen; ik ben dyslectisch en ik wil best hulp na schooltijd, maar in de klas wil ik niet als enige met een koptelefoon, laptop of andere hulpmiddelen zitten.

De andere kant van alle liefdevolle zorg kan zijn dat het kind onzeker wordt omdat het kwijtraakt wat het wel goed kan. De ouders reageren door nog meer te beschermen. Uiteindelijk is het kind ingewikkeld in de allerliefste en allerzachtste cocon. Maar als je zo bent ingepakt kun je bijna niet meer lopen, laat staan vliegen.

Bij deze kinderen is het vaak lastiger om zich los te worstelen uit de cocon. Ook zij zullen echter moeten vliegen met hun eigen vleugels en dat gaat sneller en beter als ze al vroeg leren die vleugels te ontwikkelen door ze gewoon te gebruiken.

Ouders vertrouw op je kind en op de kracht die het in zich heeft! Kijk naar wat het kan en stimuleer het om de dingen zo te doen dat ze bij hem passen. Geef ze mee dat ze alles tenminste kunnen proberen en dat ze, als het niet lukt, weer bij jou kunnen aankloppen om uit te rusten, hun eventuele wonden te likken en te kijken hoe het anders kan.

Dus: laat je kind gewoon los. Handen op je rug en laat ze maar gaan. Luister naar je hart dat jou laat voelen hoe veel je ook alweer van je kind hield en vergeet niet aan je kind te vertellen dat je moederhart soms zenuwachtig wordt van al die dingen die je kind onderneemt. Het is voor jou ook nieuw tenslotte! Luister ook naar je verstand; omdat ik zo veel van hem hou moet ik hem laten gaan.

Succes met het leren vliegen van je kuikens!


Wil je meer weten of heb je vragen over je kind of de opvoeding? Op opvoedcursus vind je meer informatie over mijn online opvoedcursus. Wil je graag een persoonlijk begeleiding of zoek je hulp voor je kind kijk dan op: kindercoachcindy voor contact,